Melk rechtstreeks van de boerderij
Dirk van den Broek als melkventer
Wie is de Dirk van de bekende rode tassen? Dirk van den Broek werd in 1924 geboren in een boerengezin. Boerderij Eureka waar hij opgroeide lag waar nu ongeveer het Rembrandtpark is, vlak bij de ringweg. Dirk werd winkelier en zou in Amsterdam de eerste zelfbedieningszaak openen en later de eerste supermarkt overnemen en tot een succes maken.
-
Dirk van den Broek op ponykar -
Vanaf de boerderij van zijn ouders ventte de jonge Dirk in een grijs melkboerenjasje losse melk in Amsterdam West.
Dirk’s ouders Jan en Mien waren doortastende ondernemers. Ze kregen 4 cent per liter betaald door de tussenhandelaar voor een liter melk. Maar de huisvrouw kocht de bij de melkboer die huis aan huis zijn melk uitventte, een liter melk voor 11 cent. In 1927 bedacht Jan van den Broek samen met andere boeren aan de Sloterdijkermeerweg een plan: ze gingen zelf de melk van hun eigen koeien verkopen. Jan laadde een kar vol met veertig- en zestig liter bussen met melk, zo van de koe. Hij verkocht ze voor 9 cent per liter en was altijd los aan het einde van de dag. De melkboeren en tussenhandelaren waren boos, maar konden niets doen.
Begin jaren dertig pakten Jan en Mien van den Broek de melkverkoop nog wat grootser aan. Elke ochtend om zeven uur kwamen een aantal melkbezorgers met bakfietsen de melk halen bij de boerderij. De knechts waren al om 3 uur opgestaan om de koeien te melken. ‘s Middags keerden de melkbezorgers weer terug en Mien van den Broek telde het geld na. De kleine Dirk keek vaak mee en moest soms samen met zijn broertjes Jaap en Jan rolletjes van het geld maken. De zaken gingen zo goed dat de veestapel binnen enkele jaren van 18 naar 180 koeien groeide. Daarnaast hadden ze 1000 tot 1500 varkens. De jongens leerden al jong hoe ze konijnen en varkens moeten slachten. Dirk leerde niet door. Op zijn 13de, na de ULO, ging hij van school en hielp thuis mee. Hij wilde geen boer worden en met 15 jaar oud ging hij met een melkkar getrokken door een pony melk venten in Amsterdam-west. ‘Rechtstreeks van de boerderij – Van TBC vrije koeien’ stond op de zijkant. De besmettelijke ziekte tuberculose kwam veel voor en werd wel overgebracht door het drinken van melk van met tuberculose besmette koeien. Kinderen mochten vaak een stukje meerijden. Hun moeders kochten grif bij Dirk met zijn brillantinehaar en grijze melkboeren jasje. Vrij jong kreeg Dirk verkering met Joukje, die opgegroeid was in een melkwinkel aan de Postjesweg. Ze kwam uit een familie die van aanpakken wist, net zoals Mien van den Broek voor haar zoon wenste. In 1942 kwam er en einde aan het uitventen op straat. De Duitse bezetter bepaalde dat de boeren voortaan de melk aan fabrieken moeten leveren. Daar moest alle melk gepasteuriseerd worden, onder andere vanwege het TBC gevaar. De oplossing werd gevonden in het openen van een melkwinkel. Dirk was nog maar 18 jaar toen hij zijn eerste winkel had: op Mercatorplein 49. De melkbezorgers van zijn vader gingen voor hem werken als venters. Maar de melk kwam voortaan van de Sterovitafabriek en niet meer van zijn vader.
maart 2011
Bijdragen
Reacties (1)
Reacties (1)
Dirk van den Broek
Ik heb op de Orteliuskade gewoond en op een gegeven dag brak er brand uit op de boerderij. De brandweer had grote moeite met blussen doordat de ratten in paniek tegen de brandlui opsprongen. Wij hebben toen met schoppen de ratten verjaagd bij
de brandweermensen. Helaas (of voor Dirk) uiteindelijk ten goede brandde de boerderij geheel af en waren veel dieren verbrand. Daarna ontstond het eerste winkeltje, wat later een frietsnackbar werd.