Bovenkant van de pagina
Ga direct naar de navigatie
Ga direct naar de content

Verslag: Peter Groenendaal door Signe Brouwer 7 1

De Javastraat 2011: 'The place to be'

28 mei 2011

Peter Groenendaal, ‘Placemaker’ bij de Gemeente Amsterdam, weet alles van planologie en de identiteitsvorming van buurten. Tijdens een rondleiding op de Javastraat legt hij het concept en de werking van ‘Placemaking’ uit. Signé Brouwer, een van de vrijwilligers van het project, doet verslag van de rondleiding.

We vertrekken vanuit het koffie en theehuis van Mustafa, Javastraat 111, en lopen om te beginnen richting Sumatrastraat. Onderweg gaat Peter Groenendaal steeds opnieuw een dialoog aan met winkeliers en buurtbewoners over hun beleving van deze bloeiende winkelstraat midden in de Indische Buurt.

Placemaking
Placemaking is ontstaan in de jaren ’50 van de 20ste eeuw en door pionier Jane Jacobs verder ontwikkeld rond de vraag: Hoe bewegen mensen zich op straat?
Door het signaleren en analyseren van deze bewegingen (van de ene ‘place’ (plek) naar de andere) kun je problemen in een buurt oplossen.
Het doel van placemaking is om publieke ruimten zo goed mogelijk in te (laten) richten door ondernemers en bewoners zelf, zodat mensen zich hier duurzaam (voor lange termijn) goed voelen en zo ook goed kunnen functioneren. Wonen en werken naast elkaar, gezellige drukke plekken afgewisseld met rustige groene ruimten, zoals parken.

Wanneer je door een buurt loopt worden je ogen continue getrokken naar gebeurtenissen en plekken waar mensen iets aan het doen zijn, zoals een markt, park, tramhalte, bloemenstal en winkels. Daar waar iets gebeurt willen andere mensen ook zijn. Mensen gaan ook graag ergens naartoe waar ze gelijkgestemden met dezelfde hobby’s en interesses kunnen tegenkomen.

Nieuwe winkels als ‘places’
In de jaren ’60 van de vorige eeuw wanneer de klassieke Hollandse kruidenierswinkeltjes verdwijnen, komen de nieuwe Nederlanders met nieuwe voedselproducten, kruiden en gebruiken. Deze nieuwe winkels hebben voor veel verschillende mensen een aantrekkelijke uitstraling en assortiment verswaren, houdbare voedingsmiddelen en non food.

Timorplein
Het Timorplein is een goed voorbeeld van het ontstaan van een ‘witte enclave’ in een multiculturele buurt. Deze enclave is op een organische manier ontstaan en dus duurzamer dan wanneer het van bovenaf opgelegd zou zijn door beleidsregels van gemeente en overheden.
Mensen en gezinnen met kinderen die relatief veel te besteden hebben trekken naar armere volksbuurten voor de sfeer en de voorzieningen in de buurt (gentrification).
Een deel van deze nieuwkomers heeft zich verenigd in de Timorplein Community, een netwerk van ondernemende bewoners die zich inzetten voor de lokale sociaal-economische ontwikkelingen in hun buurt om zo de sociale samenhang te verbeteren.

Dappermarkt
De Dappermarkt is een belangrijk punt waar de buurt door gedragen wordt. Ze bestaat 100 jaar en trekt maar liefst 15.000 mensen per dag!
Wanneer op de hoek Javastraat- Sumatrastraat (in zijn ogen een wel heel geslaagde ‘plek’) staan zien we een marktkraam met doe-het-zelf artikelen. De marktkoopman staat al meer dan 10 jaar op deze plek: een overflow van de Dappermarkt, waar marktkramen gedoogd worden.
Even verder in de Sumatrastraat zien we een elektrawinkel met een soortgelijk aanbod. De vraag wordt gesteld of dit geen concurrentievervalsing is, maar het tegendeel blijkt waar; hoe groter het aanbod hoe meer mensen erop af komen omdat het winkelend publiek dan een grote kans van slagen heeft. De kracht van een wijk of buurt zit vaak in kleinschaligheid en diversiteit. Zo komen er op gespecialiseerde buurtwinkels vaak klanten vanuit de hele stad af.

Kaas Brood Vis
Verderop in de Sumatrastraat zien we de al 22 jaar bestaande broodjeszaak Joop de Kaasknaller, en hier spreken we even de Hollandse en de Marokkaanse bediening/eigenaren achter de toonbank. Typische Hollandse kazen ruik je er, en er liggen ook veel soorten vleeswaren voor alle denkbare soorten belegde broodjes.

Er zijn verschillende bakkers in de Javastraat, zoals de modern ogende bakkerswinkel Afrah Fes met een soort ‘fusionbroden’, een combinatie van klassiek Marokkaans brood in een volkorenvariant.

Inmiddels hebben we al drie viswinkels gezien; de typisch Hollandse Volendammer vishandel en verderop twee Marokkaanse viswinkels/ annex eetgelegenheden, waar je kunt lunchen met veel verse vis, schaal- en schelpdieren: Vishandel El Pescado en Vis Mediteranee. Deze winkels hebben een aantrekkingskracht op bijvoorbeeld teruggekomen vakantiegangers.

We zijn inmiddels aangekomen aan het eind van de Javastraat bij het viaduct onder de treinspoorlijn (bij station Muiderpoort). Hier in de buurt is nog een plek belangrijk: de grote schaakclub voor jongeren uit de hele buurt.

Javastraat ‘onder beleid’
Vanuit de gangbare planmatige Nederlandse methode hoefde deze winkelstraat toentertijd niet doorgetrokken te worden onder het viaduct door naar de Eerste van Swindenstraat, waar je rechts het grand café De Ponteneur ziet en links de z.g. Dubbeltjespanden.
Hoewel dit juist een goede impuls had kunnen geven aan het hele gebied, zag men dat toen niet zo.
Het beleid in Nederland om een buurt te verbeteren is vaak van te voren theoretisch uitgedacht en wordt dan van bovenaf (‘top down’) opgelegd door regels, geboden en verboden. De relatief nieuwe benadering van ‘Placemaking’ lijkt succesvoller om een buurt duurzaam te verbeteren.

Foodnight
Een buurtbewoner heeft Foodnight als evenement opgezet: eten en drinken op verschillende locaties in de Javastraat. Dit soort initiatieven van onderop (bottom up) vanuit de bewoners en winkeliers zelf, zijn heel belangrijk voor een buurt.

Woonwinkel Licht en meubels
Op de terugweg stuiten we tot onze verassing op een hippe woonwinkel. We lopen naar binnen en spreken de eigenaar Erik Vos. Hij heeft de buurt en de Javastraat in korte tijd zien veranderen, maar het winkelaanbod nog niet evenredig met de veranderde buurt. Dit proces moet je niet pushen, dat komt vanzelf.

Javaplein
Op weg naar het Javaplein vertelt hij over verbindingen van de ene plek naar de andere waardoor goede levendige buurten ontstaan.
Hier op het Javaplein zijn ook een paar places: restaurant Het Badhuis, de Coffee Company, Akademia Club Fitness, en achter het Javaplein, het Javaplantsoen.

Letterlijke verbindingen zoals straten verbinden ook plekken met elkaar. Zo is de Molukkenstraat deel van ‘Hoofdnet Amsterdam’ en verbindt het recent geopende Sciencepark van de UVA met Noord en het Oostelijk Handelsgebied. Zo komen hier veel studenten langs die zo ook bijdragen aan het voortbestaan van de places.

Het was een boeiende rondleiding langs leuke plekken in Javastraat met haar warme levendige uitstraling, waardoor het voor velen nu ‘the place to be’ is.

Reacties (1)

Myke Joy Røstfeld

Geboren in de rivierenbuurt en door het systeem van stadsvernieuwing beland in Almere, woon ik nu weer waar mijn hart ligt; Amsterdam. In oost ervaar ik het Amsterdam zoals ik dat 25 jaar geleden door meeverhuizing (met de ouders) naar Almere heb achtergelaten, multicultureel en puur. Als ik kijk naar de populariteit van zuid dan bloedt mijn hart. ‘Geld‘ en ‘hip‘ lijken sleutelwoorden te zijn geworden. Met de melkboer op de Amstelkade verdween ook de sociale cohesie. Daarvoor in de plaats vrat de nationale grootgrutter zich rond en konden ook de gewone bakkers hun broek niet meer ophouden. Het gevolg zien we in de sobere samenstelling van winkels (pricing) in combinatie met de nieuwe maatschappelijke klasse die daar woont. Een bevolkingssamenstelling die qua inkomen heterogeen is biedt gelukkig ruimte
voor de kleinere dingen in het leven, tegen kleinere prijzen. De kleinschaligheid van de zgn. ‘witte enclave‘ ligt wat mij betreft ten grondslag aan het succes van oost. Men hoeft slechts te kijken naar andere buurten die eerder onderwerp waren in gentrification om te zien dat die buurten bijna schaamteloos zijn veranderd in ‘witte buurten‘ waar de prijs leidend is ten opzichte van het aanbod. Een stad waarvan bekend is dat bijna 50 procent kan worden gerekend tot de allochtone bevolking mág geen traditionele buurten laten veranderen in witte eilanden. Ik roem de architecten voor hun visie en hoop dat de laatste niet-hippe volksbuurt die wij binnen de stadsgrenzen hebben zich organisch mag blijven ontwikkelen. Ik hoop ook dat de sociale basis die in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw is gelegd in stand blijft. Dat de gezinnen die tijdelijk (tijdens de onvermijdelijke renovatie) in de grote omliggende gemeenten worden ‘gestald‘ alle ruimte en kansen krijgen op terugkeer...

,
13 jul 2011,18:34
Reacties (1)